De afgelopen tien jaar zijn de kosten voor langdurige zorg binnen de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) met 38 % gestegen. Dit werd door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bekend gemaakt. Reden hiervoor is de toenemende welvaart en de toenemende vergrijzing.Ddoor de vooruitgang op medisch gebied kan men langer blijven leven, maar dit brengt grote kosten met zich mee. Voor de AWBZ is dit al het derde jaar dat er een tekort van meer dan 3 miljard euro wordt verwacht.
In 2011 heeft het AWBZ nog 22 miljard euro bij kunnen schrijven als gevolg van de extra premies op inkomen maar de kosten stijgen sneller. De premies zijn sinds 2002 al verhoogd van 10,2 % naar 13,4 % nu maar deze zijn niet recentelijk verhoogd.
Al sinds 1974, slechts 6 jaar na de invoering, wordt er teveel geld uitgegeven aan AWBZ en tracht men tevergeefs deze omlaag te brengen. De achterliggende gedachte om deze verzekering in het leven te brengen was helder; iedereen moest verzekerd zijn indien men getroffen zou worden door een langdurige ziekte of handicap. De hogere vergoeding zorgde ook voor een betere zorg, er kwamen meer verzorgers en bedden beschikbaar, maar ook het aantal zorgen over kostenbeheersing werd daardoor steeds meer op de voorgrond geplaatst.
Misschien moet de AWBZ ook maar eens in een moderner jasje gestoken worden, is de gedachte van de afgelopen jaren. Een totaalpakket waarbij zowel lichte als zware zorg wordt aangeboden in instellingen maar ook bij mensen thuis gegeven moet kunnen worden. De komende jaren staan er nieuwe veranderingen op het programma waarbij men nogmaals 550 miljard wil besparen, maar alles staat of valt met het nieuw te vormen kabinet op 12 september.