Over aftrekbare alimentatie en lijfrente is al bijdrage Zorgverzekeringswet betaald, maar bij de uitbetaling hiervan wordt het nog een keer ingehouden.
Hoe zit dat dan?
Jaarlijks geven we in Nederland ongeveer 100 miljard euro uit aan zorgkosten. Je betaalt natuurlijk je premie zorgverzekering, maar de werkgever of uitkeringsinstantie moeten ook een bijdrage Zorgverzekeringswet inhouden over wat zij jou uitbetalen. Over maximaal € 54.614 houdt je werkgever of uitbetaler 6,9% in 2018 ( 6,95% in 2019) in en zelf moet je ook over maximaal dat bedrag 5,65% (5,70% in 2019) betalen.
Het zou logisch zijn dat je dat niet hoeft te betalen als je bepaalde aftrekposten geniet waardoor je belastbare inkomen daalt. Denk daarbij aan partneralimentatie of inleg op je lijfrenterekening. Helaas is dat niet het geval dus je betaalt dan de bijdrage Zorgverzekeringswet alsof je geen aftrekpost had. Dan zou het logisch zijn dat je bij de uitkering die daaruit volgt, of bij het uitbetalen van de alimentatie aan je partner daar dan geen bijdrage Zorgverzekeringswet over betaalt, maar dat doet je toch. Je betaalt dus dubbel!
Slimmer is het dan om, indien toegestaan, de uitkering af te kopen, want je betaalt uitsluitend de bijdrage over loon of periodieke uitkeringen.
Inmiddels heeft de Hoge Raad een uitspraak gedaan waarin zij deze ongelijkheid erkent en moet de Belastingdienst in dit specifieke geval van een oudedagslijfrente alsnog de eigen bijdrage aftrek over de betaalde lijfrente toestaan.
Maar deze ongelijkheid blijft bestaan dus hier ligt een schone taak voor de Tweede Kamer om dit eens recht te zetten.
Wilfred Mooij ffp